donderdag 8 oktober 2009

Brazilië, Lula en de Spelen

B
Radiopraatje De Ochtend met Liesbeth Imbo. Toen ik op 2 oktober vernam dat Rio geselecteerd was voor de Olympische Spelen, belde ik daar meteen mijn goede vriendin Brigida op. Wat ze me toen vertelde heb ik in enkele quotes in onderstaand stuk gevat:

Spelen brengen Rio in delirium


Grootste sportevenement ter wereld moet Brazilië op de kaart zetten als wereldmacht

Uitzinnige taferelen op de stranden van Copacabana, nadat het Olympisch Comité zijn keuze als gaststad voor de Spelen van 2016 op Rio de Janeiro had laten vallen. Honderdduizend cariocas hadden er al in de vroege uren verzamelen geblazen om de nominatie van de Cidade Maravilhosa ('de wonderlijke stad'), de eerste stad van Zuid-Amerika die de eer te beurt valt, voor geen geld ter wereld te missen.

DOOR LODE DELPUTTE

RIO DE JANEIRO l Rio de Janeiro mag dan voor sensualiteit en levenslust staan, het verhaal achter de kandidatuur is economisch - en reikt veel verder dan de Spelen.

Het volksfeest tussen de herkenningsbakens twee en drie, op het strand van Copacabana, barstte in alle hevigheid los toen de zege binnen was. Maar Rio zou Rio niet zijn als de sfeer er niet eerder op de dag al goed in zat. Sommigen waren in schaarse badoutfit gekomen, anderen in olympisch carnavalskostuum, allemaal vatten ze post voor het reuzenscherm waarop het verloop van de dag in Kopenhagen rechtstreeks gevolgd kon worden. Zangers als Lulu Santos en groepen als de Bateria do Salgueiro zorgden voor de obligate muzikale noot - er hing alom samba in de lucht.

"Gigantisch veel volk, de feeststemming is totaal", roept, daarover gebeld, een inwoonster van Rio door de telefoon. "Tot mijn spijt houd ik vandaag kantoor, maar op de bus hierheen waren de mensen vanmorgen ronduit uitgelaten. Iedereen was razend benieuwd, maar terzelfder tijd ook zegezeker: want met of zonder Spelen, het was ideaal strandweer, de dag kon al niet meer stuk."

Om alle mensen op Copacabana te krijgen waren vanuit het noorden en het centrum extra bussen ingelegd, en ook de metro reed voor de gelegenheid op hogere frequentie. "Een historische dag", klonk het uit vele monden, in een al dan niet bewuste referentie aan wat een van de hoofdargumenten van president Lula da Silva was geweest: dat Brazilië het recht heeft om de geschiedenis van honderden miljoenen Brazilianen en Zuid-Amerikanen te veranderen en dat de primeiro mundo, de rijke 'eerste wereld', al zo vaak de Spelen heeft mogen organiseren. Was Brazilië uiteraard ook vóór gisteren al een veelbesproken groei-economie en BRIC-land (net zoals Rusland, India en China), dan maakt het zich nu pas echt sterk een leider te zullen worden binnen de multilaterale wereldorde.

Gekwetst eergevoel

Onvermijdelijk had ook het sociale hart van het staatshoofd gesproken: sport, zei Lula -&flexSpace;en daar weten ze in Rio de Janeiro alles van - is een van de beste manieren om jongeren in de maatschappij op te nemen en toekomstperspectief te bieden. Jeugdige favelabewoners lijden aan kansarmoede, het na te volgen rolmodel dat het meest tot hun verbeelding spreekt is dat van de voetballer. Rio, dat het verlies van zijn status van regeringscentrum en hoofdstad in de vroege jaren zestig - toen de complete administratie naar het nieuwe Brasília verkaste - nooit helemaal te boven kwam, ziet de Spelen als een uitgelezen mogelijkheid om het gekwetste eergevoel weer te herstellen en uit het dal te komen.

De achillespees van Rio's kandidatuur was uiteraard het veiligheidsaspect. Ofschoon de Cidade Maravilhosa bijlange niet de gevaarlijkste stad van Brazilië is, blijven de vanuit de sloppenwijken opererende drugsbendes terreur zaaien en bloed vergieten. De olympische droom draagt dan ook de belofte in zich dat Rio eindelijk korte metten kan maken met het stigma dat de geweldcultuur tot gevolg heeft. Meer zelfs, zoals onze carioca aan de telefoon vertelt: "Ik ben de mediaberichten daarover kots- en kotsbeu. Ze tonen zo'n klein deeltje van de realiteit waarin we leven, dat het wel lijkt alsof het niet eens nog over ons gaat. Nu kunnen we de wereld eindelijk duidelijk maken: hé jongens, Rio is fantastisch, Rio is geniaal."

Rio de Janeiro heeft voor zijn kandidaatstelling kosten noch moeite gespaard. In Kopenhagen was met duizelingwekkende video's uitgepakt waarop de olympische sites stuk voor stuk toegelicht werden: van het legendarische Maracanãstadion in het noorden tot de wijk Barra in het zuiden en de lange stranden van Copacabana en Ipanema daartussenin. Uiteraard konden het Suikerbrood in de baai van Guanabara en het standbeeld van de Cristo Redentor, dat de stad overheerst als een tropische versie van het Vrijheidsbeeld, niet ontbreken.

Maar Rio, met meer dan tien miljoen inwoners de tweede stad van Brazilië en de meest bezochte, haalt in 2016 niet enkel sport en spel in huis, de Spelen staan ook voor een verhoopte economische boom. Volgens een studie van de Universiteit van São Paulo (USP) op bestelling van het ministerie van Sport, zullen vooral sectoren als het toerisme, het vastgoed en de handel er wel bij varen. Beschikt het Braziliaanse Olympisch Comité over een budget van 14,4 miljard dollar, dan zal voor iedere dollar die door de organisatie wordt uitgegeven er meer dan drie keer zoveel worden opgehoest door de privésector. In totaal moeten de Spelen om en bij de 50 miljard dollar omzet genereren, aldus de studie.

Hoe dan ook maken het olympisch dorp in Barra en alle andere nieuwe infrastructuur - waaronder een nieuwe sneltrein tussen de vier polen in de erg uitgestrekte agglomeratie - deel uit van het ontwikkelingsmasterplan dat de autoriteiten voor de stad in de steigers hebben staan. "We hebben nog zeven jaar te gaan", klinkt het op het kantoor in een centrale wolkenkrabber, "er zal hard gewerkt moeten worden, maar we zijn optimistisch. In afwachting daarvan, en voor we met de collega's naar het strand van Copacabana gaan, doen we hier een fles soldaat. É maravilhoso!"

Mediargus